Nog meer aardappelen

De aardappel moest eerst veel weerstand overwinnen, ook in ons land. Boeren wilden er niet aan. Het loof stierf ‘s winters af, dus hoe kon je dan het volgend jaar weer oogsten? Als God had gewild dat we aardappelen aten, dan had hij die hier wel laten groeien. In 1775 vertaalt Cornelius Peereboom, der medicijnen doctor een Duitse verhandeling over de aard, de voortplanting en het veelerhande gebruik der nuttige aardappelen. Zo schrijft hij:
Aardappelen, die over den laster, de verachting en de vergetelheid volkomen zegenpralen; als die onwederspreeklyke blyken gegeeven hebben dat zy geen draf; maar lekkernyen zijn; het schoonste zinnebeeld van een eerlyk man.
Ludwig toont aan de hand van de bijbel aan dat de aardappel wel degelijk door God geschapen is en niet door de duivel, en dat de pieper - zoals alle kruid - er dus altijd geweest is. Aardappelen zijn goedkoop en voedzaam, maar het zij duidelijk: zij moeten eerst gekookt worden. Ook kon je aardappelmeel heel goed aan de pap toevoegen in plaats van bonenmeel.
Wanneer dankzij de Napoleontische barricades de burgers van de bewoners van de Lage Landen verstoken blijven van koffie en chocola, blijkt de aardappel ook geschikt als surrogaat. Volgens Ludwig kun je er zelfs siroop en brandewijn van maken.
Toch blijken aardappelen pas met kruiderij echt lekker te worden. De tips voor de gekookte en platgeslagen (ja echt, dat schijnt te moeten) aardappelen luiden als volgt:
Zout, peper, mosterd, boter, vet, edik,
Gember, mierikswortel, uien, knoflook, rokambool
majoraan, salie, pietercely, saturey
Lekker bij: vis, salade, gekookt vlees, spek, kool en andere groente.
Labels: Aardappelen