Plinius zegt en koele glazen

Gisteren heb ik de hele dag met mijn neus in de naslagwerken gezeten om feiten te controleren in een historisch verhaal. Eindredactiewerk dus. Zo'n knip- en plakwerkverhaal van citaten, historische 'feiten' en anekdotes en meer. Ik noem dat 'Plinius zegt' verhalen. Je leest wel vaker dat Plinius iets zegt. Je mag al blij zijn als ze er bij vertellen dat Plinius een Romeins staatsman en schrijver was uit de eerste eeuw van onze jaartelling. Plinius was nog wel meer, maar het gaat meestal om zijn Naturalis Historia. Alleen... zégt Plinius dat ook? Of schrijft iedereen elkaar over zonder even de primaire bron te checken. Ja, dat kost tijd en geld. Je moet naar de bibliotheek, of online zoeken in een Engelse vertaling, of investeren in de prachtige vertaling die een paar jaar geleden verscheen. Maar het is de moeite. Want dan weet je of wat anderen zeggen dat Plinius zegt ook echt aan de man kan worden toegeschreven. En dan kan blijken dat Plinius iets heel anders zegt, of net een beetje anders. Maar zo ben je wel bij de wortels van het verhaal aangekomen. En daar gaat het om. Dat we elkaars fabula fantastica niet na zitten te wauwelen of over zitten te pennen. Over oranje worteltjes en het huis van Oranje. Of over dat er in de bijbel iets staat over ijs en melk, maar dat staat er niet en al helemaal niet bij de vermelde personen. En ook niet in de Torah. Of dat Karel de Grote de blauwe adertjes uit de roquefort sloopte omdat-ie dat eng vond, zoals Wina Born ooit overschreef. Het gaat dus - primaire bron geraadpleegd - om brie of camembert en witte korstjes.
In bloggistan, waar hevig geknipt en geplakt wordt door minder kritische lieden die liever lui dan moe zijn, is 'Plinius zegt' ook een ziekte. En zo worden fabeltjes 'feiten', omdat niemand meer weet wat-ie van wie heeft overgeschreven en waar die dan weer de informatie vandaan haalde. Hoe leuk het verhaal dan ook mag klinken, presenteer het niet als feiten, het is tenslotte niet meer dan 'hear say'.
Wie te lui is om echte feiten na te zoeken en op te dissen schaart zich in de hoek van de lieden die luid historische onjuistheden verkondigen om andere dan vermaaksredenen, hoe vermakelijk het ook moge klinken. Fabula fantastica politica, om het maar zo te omschrijven.
Ik houd van ontmythologiseren. De droge feiten zijn vaak al spannend genoeg en de interpretatie ervan al moeilijk genoeg. Daarom zit ik een hele zondag met mijn neus in de naslagwerken. Om mythe van werkelijkheid te scheiden. Ik heb niets tegen mythes, maar weet dat het om verhalen gaat en niet om historische feiten. Ook al kan er een grond van historiciteit in zitten. Heldere feiten, nuchtere analyses, mooie interpretaties, die komen de kennis van zake ten goede.
Tot zover de preek op de maandagmorgen. En wat zegt Plinius nu?
In dit geval in boek 31.40: (...) “Van keizer Nero stamt de uitvinding water te koken en te laten afkoelen door het in een glas in de sneeuw te zetten. Zo krijgen mensen de aangenaam koele temperatuur zonder de nadelen van sneeuw. “ (...)
Labels: Primaire bronnen sneeuw
0 reacties:
Een reactie posten
Aanmelden bij Reacties posten [Atom]
<< Homepage