Pauw vs Kalkoen 3
In het prachtige boek Vincken moeten vincken locken van Ignaz Matthey, 2002, lees ik de pauw evenals de zwaan in de 17e eeuw al minder populair was als consumptievogel. De Dordtse medicus Johan van Beverwijck zegt in zijn Schat der Gesontheyt in 1643 dat ze zwaar te verteren zijn en vooral als tafelversiering dienen. In het Jacht-Bedryf van ongeveer 1635 staan pouwen nog uitgebreid beschreven, het is een vogel om in de wintermaanden te eten van oktober tot februari, en het liefst vogels die twee jaar oud zijn. Je moet ze acht dagen laten besterven zonder te plukken en leeg te halen. Het beestje zal dan behoorlijk adelijk geworden zijn.
In de tweede helft van de 17e eeuw is de klad er echt ingekomen en verdwijnen deze grote vogels uit de kookboeken.
Niet vreemd, de status van deze zwaar op de maag liggende vogel is gekelderd. En al aan het begin van de 16e eeuw maken de Spanjaarden in de Nieuwe Wereld kennis met de kalkoen. Vrij snel daarna duikt de kalkoen al op bij de feestmalen van de hoge adel in Spanje, Italie en Frankrijk. Morgen meer hierover.
Labels: Pauw
0 reacties:
Een reactie posten
Aanmelden bij Reacties posten [Atom]
<< Homepage