De hele kip - dit maal Romeins

Dit Romeinse mozaïek van een hoen is heel opmerkelijk. Het werd opgegraven in wat nu Oostenrijk is (de Romeinse provincie Pannonia) en dat is natuurlijk helemaal niet zo gek. Maar deze haan heeft vijf tenen en lijkt nog sprekend op de huidige Britse Dorking kippen. Die trouwens ook vijf tenen hebben, terwijl onze huidige kippen het met drie voortenen en één achterteen moeten doen.
De Romeinen fokten uitgebreid kippen voor de consumptie van zowel de eieren als het vlees en het vermaak. Ze hadden ook de nodige kennis over het houden van hoenders opgebouwd en opgeschreven, zoals de senator en schrijver Columella. Er waren al verschillende rassen bekend, waaronder die met de vijf tenen, krielkippen, kuifhoenders.
De hoenders waren wel al bij de Germanen en Kelten op het erf aanwezig, maar je mag aannemen dat de Romeine legioenen en de achter hen aan hobbelende ambtelijke organisatie en ambachtslieden de kippen meenamen naar hun provincies. Zo ook Pannonië en Brittanica. De Romeinse legioenen en bestuurders verdwenen weer na enige eeuwen, maar de kip bleef voorgoed. Die was ingeburgerd.
Apicius geeft de nodige receptuur, waaronder die voor kip Fronto, vernoemd naar een bekende Romeinse senator, retoricus en litarator. Hier een hertaling
Kip Fronto
Marineer een halfgaar gekookte kip in bouillon vermengd met olie, waaraan je toevoegt een scheut vissaus, een bosje dille, prei, bonenkruid en korianderblad. Kook de kip gaar in deze bouillon. Als de kip gaar is, haal je hem uit de pan en schikt hem fraai op een schotel en giet er wat saus over, die je op kleur hebt gebracht met wat ingekookte most. Maal er peper over en dis op.
Dat 'marineren' hoef je niet letterlijk te nemen. Ik laat de kip op een zacht pitje langzaam garen.
0 reacties:
Een reactie posten
Aanmelden bij Reacties posten [Atom]
<< Homepage